Theatervoorstelling helpt gesprek over laaggeletterdheid op gang

Hoe leer je laaggeletterdheid bespreekbaar te maken? Dat laat de theatervoorstelling Laaggeletterd mooi zien. Begin september bekeken 140 vrijwilligers en professionals de voorstelling in Beverwijk. Tel mee met Taal was erbij.

Theatervoorstelling Laaggeletterd
Beeld: ©Tel mee met Taal

In de zaal van het Kennemertheater in Beverwijk zitten onder andere gemeenteambtenaren, medewerkers van leerwerkloketten en de jeugdgezondheidszorg, raadsleden, wethouders en vrijwilligers. Sommige van hen schudden verdrietig hun hoofd als een van de acteurs, in de rol van Gerard, de spreekkamer van zijn ‘huisarts’ (een andere acteur) uitloopt. De adviezen van de dokter over gezonde voeding zijn bij Gerard totaal niet binnengekomen en hij heeft nog steeds geen idee wanneer hij zijn pillen tegen suikerziekte in moet nemen. “Tweemaal daags tien miligram” zegt hem niet veel, ook al knikt hij vriendelijk als de dokter vraagt of alles duidelijk is. 

Ook de situaties van Fatima (tijdens een oudergesprek op school), Elly (een gesprek met de budgetcoach) en Wesley (met zijn leidinggevende) voelen ongemakkelijk. Veel bezoekers in het Kennemertheater herkennen de situaties uit de praktijk en kunnen niet wachten om de huisarts, leraar, budgetcoach en leidinggevende op het podium wat broodnodig gespreksadvies te geven. 

Herkenbaarheid

“Die herkenbaarheid werkt goed in de voorstelling”, zegt Denise Roks, directeur van Hetsen & Visschers, het training- en acteursbureau dat de theatervoorstelling uitvoert. “Veel professionals herkennen de situaties uit hun eigen werk en komen er tijdens de voorstelling achter dat ze gesprekken misschien heel anders hadden moeten aanpakken. Een hoop mensen hebben een verkeerd beeld van laaggeletterdheid. Ze denken aan iemand die helemaal niet kan lezen of schrijven. Maar er zijn ook veel mensen zoals het personage Elly. Zij heeft gewoon een baan en kan lezen en schrijven, maar loopt toch tegen bepaalde zaken aan. Denk bijvoorbeeld aan lastige brieven van de Belastingdienst of gemeente. En mensen zoals Gerard hebben zich prima gered met soms wat hulp van iemand uit hun omgeving. Maar als diegene ineens wegvalt ontstaan er problemen.”

De ‘dokter’ op het podium probeert het opnieuw, deze keer met hulp uit de zaal. “Vraag door over hoe het met hem gaat!”, roept iemand uit het publiek. De dokter neemt het advies ter harte, waarna Gerard vertelt hoe lastig hij sommige dingen vindt nadat zijn vrouw een hersenbloeding heeft gekregen. Zelf boodschappen doen, de administratie regelen en zijn suikerziekte in de gaten houden: het is allemaal behoorlijk ingewikkeld. De dokter knikt en kijkt dan vragend naar het publiek. Hoe brengt ze cursussen of andere taalhulp ter sprake zonder Gerard te beledigen? Dat blijkt nog niet zo simpel, want de adviezen in de zaal verschillen behoorlijk.

Regietheater

Roks herkent de betrokkenheid van het publiek. “Wij noemen dit regietheater. Mensen uit de zaal mogen ‘stop!’ roepen en de acteurs bijsturen. Het mooie daarvan is dat mensen zo van elkaar kunnen leren. Bij bibliotheken, gemeenten en andere organisaties zit heel veel kennis over de doelgroep. Die kennis wordt op deze manier met elkaar gedeeld.” Hetsen & Visschers gaf de laatste jaren steeds meer workshops over het bespreekbaar maken van laaggeletterdheid met hulp van trainingsacteurs. “Daarmee kun je mensen heel gericht trainen in het herkennen van de problematiek. Welke signalen kun je herkennen? Waar loop je als professional tegenaan in een gesprek? Hoe kun je reageren? We wilden de kennis die we hebben opgebouwd gebruiken om mensen te inspireren. Daarom hebben we de voorstelling ‘Laaggeletterd’ bedacht. De personen die hierin centraal staan zijn gebaseerd op de persona’s uit de methodiek KLASSE!. Niemand is natuurlijk hetzelfde, maar Gerard, Elly, Fatima en Wesley geven wel een herkenbaar beeld van de mensen die moeite kunnen hebben met taal, rekenen of digitale vaardigheden.”

"Gerard, Elly, Fatima en Wesley geven een herkenbaar beeld van de mensen die moeite kunnen hebben met taal, rekenen of digitale vaardigheden.”

Na een paar mislukte gesprekswendingen weet de huisarts door te dringen tot Gerard. Ze zegt dat ze heel veel patiënten heeft die het lastig vinden om de etiketten in de supermarkt en de bijsluiters van pillen te lezen. Als Gerard hoort dat hij teruggebeld wordt over mogelijke taalhulp begint hij te glunderen. “Dat zou heel mooi zijn”, zegt hij opgelucht. De zaal lijkt tevreden met hem mee te zuchten.

Aanspreken

Martine Porienski-Botman, coördinator van het Taalhuis IJmond en Zuid-Kennemerland, merkt dat de boodschap binnenkomt bij het publiek. “Ik hoor mensen vaak zeggen dat ze zo een paar cliënten op kunnen noemen die waarschijnlijk moeite hebben met lezen en schrijven. Toch vinden ze het lastig om hierover het gesprek aan te gaan. Daarom hebben wij deze voorstelling geboekt, vanuit het Taalhuis, Stichting Lezen en Schrijven en samen met de gemeenten uit onze regio. Het laat goed zien hoe je zo’n gesprek aan kunt pakken. De situaties die de acteurs opvoeren zijn soms grappig, maar het zijn voorbeelden die echt gebeuren. Ik vind het heel herkenbaar. Het mooie van de voorstelling is dat het publiek zelf aan het werk wordt gezet. Waar we eerst heel goed zien waar het gesprek fout loopt, blijkt het toch lastig om de juiste woorden te vinden. Je merkt dat de mensen in de zaal steun hebben aan elkaar. Voor mij als coördinator van de beide taalhuizen is dat een bevestiging dat we laaggeletterdheid alleen met elkaar kunnen aanpakken. Laaggeletterdheid speelt overal en we kunnen elkaar helpen.”

“Een voorstelling als deze is een goed middel om bewustwording te creëren rondom laaggeletterdheid”, zegt Elske van Schaardenburgh, adviseur bij Stichting Lezen en Schrijven voor Zuid-Kennemerland en IJmond. “Zeker als het gaat om mensen met Nederlands als moedertaal. De voorstelling geeft inzicht in hoe lastig het is om het bespreekbaar te maken. Ook laat het bezoekers ervaren hoe ingewikkeld de wereld soms is als je laaggeletterd bent. Dat besef en die bewustwording is heel belangrijk. Ik noem het ook wel eens: leren kijken door de bril van een laaggeletterde. Als je hoogopgeleid bent heb je vaak geen idee hoe dat is. Je ziet het niet.“

Meer informatie

Lees meer over: